Taalwerkvormen
Schrijfvaardigheid

"Het aardige van het ambacht schrijven,
is dat je het nooit leert." [Carmiggelt]
"Niets is gemakkelijker dan zo te schrijven dat geen
mens het begrijpt;
niets is moeilijker dan belangrijke gedachten zo uit te drukken
dat ieder mens ze begrijpt. [Schopenhauer]
"De afstand tussen het ding en zijn naam wordt kleiner naarmate
men beter schrijft." [J. Greshof]
"Als je het niet zo zegt, moet je het ook niet zo schrijven."
[C. Buddingh]
Of iemand kan leren schrijven? Ik geloof het niet.
En wie het in zich heeft hoeft het niet te leren." [W.
Elsschot]
Uit
deze citaten komt aardig naar voren dat schrijven als een soort
kunst beschouwd wordt
Voor er misverstanden ontstaan, we hebben het niet over handschiftontwikkeling,
maar over schrijven om vorm te geven aan wat je denkt en wat je
in je omgeving meemaakt.
Het beheersen van 'schoonschrijven' garandeert nog niet 'schoondenken'.
Bij
kleuters is er nog geen onderscheid tussen tekenen en schrijven
Woorden worden met krabbels weergegeven.
Later maken ze slierten vormen die op letters lijken.
Kinderen komen er achter dat woorden worden gemaakt van abstracte
tekens.
Ze ontdekken dat die tekens bij elk woord in een andere volgorde
staan.
Dan komt er een tijd dat ze één of enkele letters
voor het hele woord gebruiken.
Ze gaan bij het schrijven zowel van links naar rechts als van
rechts naar links.
Dat is, als je er moeite voor doet, best te lezen.
De kinderen schrijven klanken zoals ze die horen.
Ze gebruiken verschillende vormen van fonetisch schrift.
Die spontane spelling gaat geleidelijk in de richting van hoe
het hoort.
We hopen dat spontaniteit daarmee ook niet uit de inhoud van hun
schrijfsels verdwijnt.
Tussendoelen*]
Functies van geschreven taal en de relatie tussen geschreven en
gesproken taal zijn bedoeld als verfijningen van de kerndoelen
voor taalontwikkeling.
Ze zijn afgeleid van belangrijke momenten in de ontwikkeling van
jonge kinderen.
Ze hebben betrekking op: functies van geschreven taal, relatie
tussen gesproken en geschreven taal, taalbewustzijn, alfabetisch
principe, functioneel schrijven en -lezen, technisch lezen en
-schrijven, begrijpend lezen en -schrijven, boekoriëntatie,
verhaalbegrip.
Schrijven
om te leren
"Kinderen gaan steeds meer hun schriftelijke vaardigheden
gebruiken om nieuwe kennis te verwerven en om nieuwe gevoelens
te ervaren.
Ze gaan schrijven om gevoelens en gedachten te verkennen en te
ordenen.
Geleidelijk aan leren kinderen in hun schriftelijk taalgebruik
vanuit een kritische houding verschillende standpunten in te nemen
[ Kress
1994].
Het zal niemand
verbazen dat de aandacht van de taalvormers voornamelijk gericht
is op het plezier hebben in taal en taal gebruiken om gevoelens
en gedachten te uiten.
De bijkomende faculteiten van taal zijn mooi meegenomen, maar
zullen niet doel zijn.
Het is volgens mij een verkeerd uitgangspunt om taal te leren
als een "object", om de taal zelf.
Het aanpassen van taal-leerders aan een 'instrument' lijkt me
geen goede zaak.
Ik maak mee dat kinderen mij vragen: "wanneer beginnen we
met de taalles?",
op het moment dat ze al geruime tijd en volop met hun taalontwikkeling
bezig zijn.
Dat wijst op een conditionering in de richting van "Wat we
nu aan het doen zijn is leuk, dus het kan onmogelijk leerzaam
zijn"
Het
taalonderwijs is verkokerd geraakt
Het onderwijs is in stukjes verknipt.
Mondelinge taal, lezen, schrijven, woordenschat, taalbeschouwing
Elk in aparte leergangen onderwezen.
Vaak nog verder onderverdeeld in deelvaardigheden.
Elke vernieuwende aanpak zou in de eerste plaats die fragmentering
van onderwijs onmogelijk moeten maken.
We moeten een integratie van kennis en vaardigheden nastreven
Taal ook in de les als communicatiemedium gebruiken.
Neem teksten van de kinderen als uitgangspunt van iedere taalactiviteit,
ook als materiaal bij het oefenen van vaardigheden.
Teksten en geen opstellen. Opstellen horen in de beleving van
de kinderen bij de traditionele taalles waarin de leerkracht het
onderwerp en het aantal woorden opgeeft.
Inspiratie
leerkrachten zijn opgelucht als ze de dode technocratische invullesjes
kunnen inruilen voor een levende werkwijze. Voorwaarde is wel
dat de leerkrachten daarin gesteund worden.
Twijfelende of gemakzuchtige leerkrachten grijpen vaak naar kant
en klare lesjes en materialen.
Er zijn in het onderwijs meerdere manieren in omloop om lezen
en schrijven moeilijk te maken.
Ze zijn ontworpen om de lesstof,
en niet de taalverwerving, makkelijker te maken.
Taal wordt als taalles daarmee doelmatigheid ontnomen.
Leerkrachten
komen moeilijk van een instructiemodel af
Zelfs de leerkrachten die Ontwikkelingsgericht onderwijs geven
en die het met mij eens zijn dat ervaringsgerichte en betekenisvolle
leersituaties te verkiezen zijn boven de technologische, grijpen
vaak terug naar instructiemethoden.
Er is kennelijk een gigantische omslag in visie noodzakelijk.
Daarbij komt dat de leerkrachten onder druk gezet worden door
de 'buitenstaanders'.
Ik ben er van overtuigd dat leerkrachten verder komen als ze meer
vertrouwen op hun eigen intuïtieve benadering en minder leunen
op taalmethoden.
Dat ze erop leren vertrouwen dat de kinderen hun taal op een natuurlijke
manier ontwikkelen.
Als ze dat vertrouwen uitstralen op de kinderen zullen die op
hun beurt meer vertrouwen krijgen in hun eigen talige vermogens.
Het is al eerder gezegd: een, al dan niet kleine, revolutie in
het denk- en handelingspatroon van lesgevers is daarvoor nodig.
Henk van Faassen
*]
De tussendoelen zijn geformuleerd door C. Aarnoutse cs.,
Expertise Centrum Nederlands
|